Identificatie en test voor lactose intolerantie door enzymtekort
Lactose intolerantie kan op verschillende manieren worden vastgesteld. De eenvoudigste methode bestaat uit een zelftest: als je merkt dat je minder melk en
zuivelproducten kunt consumeren voor je klachten krijgt, dan is dat minstens al een teken aan de wand. Professionele lactose intolerantie tests geven in dat geval uitsluitsel.

Lactose intolerantie: je arts stelt de diagnose
Wil je je laten testen op lactose intolerantie?
Ga daarvoor altijd langs bij je arts. Medische experts kunnen een intolerantie vaststellen aan de hand van adem- en bloedanalyses.
Tijdens deze tests dient de arts de patiënt een bepaalde hoeveelheid lactose toe en controleert hij vervolgens regelmatig het bloed of de adem.
Lactose intolerantie test
met meting van de suikerspiegel
Omdat het lichaam bij een lactasetekort de lactose helemaal niet of slechts gedeeltelijk omzet in glucose en galactose, stijgt het glucosegehalte in het bloed niet of amper. Achterhalen of je lactose intolerant bent, kan dus ook door je suikerspiegel te meten.
Lactose intolerantie test
met meting van de uitgeademde lucht
Als de lactose helemaal niet omgezet wordt, komt deze stof terecht in de dikke darm, waar bacteriën ze afbreken. Daardoor ontstaan er stoffen zoals waterstof, die via de darmwand en de bloedbaan in de longen terechtkomt en uiteindelijk uitgeademd wordt. Als er na de consumptie van lactose dus meer water in de uitgeademde lucht zit, kan dit wijzen op een lactasetekort.

Genetische test
Een genetische test is een derde manier om te achterhalen of je lactose intolerant bent. Bij deze relatief nieuwe methode neemt de arts een uitstrijkje van het wangslijmvlies.
Dat wordt vervolgens geanalyseerd in een laboratorium. Toch geeft een genetische test alleen aan of iemand gedurende zijn leven primaire lactose intolerantie kan ontwikkelen.
Met andere woorden: een positief testresultaat betekent dus niet dat je al lactose intolerant bent.




